= Er is sterk positief bewijs | = Er is geen, te weinig, zwak, sterk neutraal en/of tegenstrijdig bewijs | = Er is sterk negatief bewijs | |||
Klik op de links voor meer uitleg, conclusies van de auteurs, gebruikte literatuur en methodologische kwaliteit van de literatuur |
Beschrijving:
De patient ligt in ruglig aan de rand van de behandelbank. Een been hangt over de rand, het andere been is in heup en knieën naar de borst van de patiënt toe gebogen. De therapeut geeft druk op de knie verder naar de borst toe en een tegengestelde druk op de knie van het afhangende been richting de grond. Deze test wordt aan beide zijdes uitgevoerd.
Onderbouwing:
Bij deze test wordt een posteriore rotatie van het SIJ aan de kand van het geflekteerde been veroorzaakt, gelijktijdig met een anteriore rotatie van het SIJ aan de kant van het afhangende been.
Dit veroorzaakt een verwringing bij de symphysis os pubis.
Positive test: Herkenbare pijn van de patiënt wordt geprovoceerd.
Bronnen:
Laslett, M., McDonald, B., Tropp, H., Aprill, C. N., & Öberg, B. (2005). Agreement between diagnoses reached by clinical examination and available reference standards: A prospective study of 216 patients with lumbopelvic pain. BMC Musculoskeletal Disorders, 6(28)
Kokmeyer, D., van der Wurff, P., Aufdemkampe, G., & Fickenscher, T. (2002). The reliability of multitest regimens with sacroiliac pain provocation tests. Journal of Maniplulative and Physiological Therapeutics, 25(1)
Magee, D. (Ed.). (2008). Orthopedic physical assessment (5th ed.). St.Louis: Saunders-Elsevier.