= Er is sterk positief bewijs | = Er is geen, te weinig, zwak, sterk neutraal en/of tegenstrijdig bewijs | = Er is sterk negatief bewijs | |||
Klik op de links voor meer uitleg, conclusies van de auteurs, gebruikte literatuur en methodologische kwaliteit van de literatuur |
Test beschrijving
De patiënt ligt op zijn rug op een tafel met de aangedane extremiteit aan de kant van de fysiotherapeut. De fysiotherapeut houdt de knie in volledige extensie en strijkt twee tot drie keer met hand en vingers langs de mediale kant van het kniegewricht richting proximaal tot de suprapatellar holte. Vervolgens strijkt de fysiotherapeut één keer aan de distaallaterale kant van de suprapattellaire holte tot de laterale kant van het kniegewricht.
Positieve test
Wanneer de fysiotherapeut de laatste strijking aan de laterale kant maakt en er een golf van vocht zich aan de mediale kant van het kniegewricht te zien is, is er vocht in het kniegewricht aanwezig.
Bronnen
- Magee, D. (2008). Knee. Orthopedic physical assessment (5th ed., pp. 797-797) Saunders elsevier.
- Sturgill, L. P., Snyder-Mackler, L., Manal, T. J., & Axe, M. J. (2009). Interrater reliability of a clinical scale to assess knee joint effusion. The Journal of Orthopaedic and Sports Physical Therapy, 39(12), 845-849.